Meissen Klokkast detail
Kunst 14 september 2021

Topstukken Meissen porselein keren terug in het Rijksmuseum

De collectie Meissen porselein van het Rijksmuseum behoort tot de belangrijkste ter wereld. In 2019 werd een derde deel hiervan door de Restitutiecommissie toegewezen aan de erven van vroegere Joodse eigenaren, die ze vandaag in New York lieten veilen. Dankzij de Vereniging Rembrandt kon een substantieel deel van deze unieke verzameling worden teruggekocht.
Het witte goud

August de Sterke, keurvorst van Saksen, stelde begin 18de eeuw in het diepste geheim een laboratorium ter beschikking aan Johann Friedrich Böttger, een alchemist die beweerd had goud te kunnen maken. Zijn experimenten om dit te bewijzen mislukten, maar hij slaagde er wel in om als eerste in Europa de samenstelling van porselein te achterhalen, dat voordien uitsluitend in het Verre Oosten kon worden geproduceerd. In 1710 stichtte deze vorstelijke mecenas in Meissen een porseleinfabriek, waarvoor de beste ontwerpers en schilders werkzaam waren.

Oppenheimer Meissen Klokkast

Het Rijksmuseum slaagde erin op de veiling ruim de helft van de collectie terug te kopen. Met steun van de Vereniging Rembrandt verwierf het museum onder andere deze spectaculaire klokkast uit 1727.

Meissen porselein in het Rijksmuseum

De collectie Meissen porselein, waarover het Rijksmuseum al ruim 70 jaar beschikt, is van een uitzonderlijk hoge kwaliteit en geeft een compleet overzicht van de vroegste productie van porselein in Europa. Niet alleen is een breed scala aan in Meissen vervaardigde voorwerpen aanwezig, ook zijn de verschillende decoraties die op dit uitermate kostbare porselein werden aangebracht ruim vertegenwoordigd. Het gaat daarbij in het bijzonder om ornamenten en voorstellingen in Chinese stijl, de zogenaamde Höroldt-chinoiserieën, maar ook om decors die rechtstreeks aan Chinees porselein of aan het subtiele Japanse kakiemon werden ontleend.

De collectie Oppenheimer

De Amsterdamse bankier en kunstverzamelaar Fritz Mannheimer had - vermoedelijk in 1937 - de complete verzameling Meissen porselein aangekocht van Franz en Margarete Oppenheimer, die op dat moment op hun vlucht vanuit Nazi-Duitsland in Wenen verbleven. Hun collectie bestond uit absolute hoogtepunten van de verschillende soorten Meissen porselein uit de 18de eeuw. Na het overlijden van Mannheimer werd diens nalatenschap failliet verklaard. De curator heeft de collectie vervolgens onder dwang aan de nazi’s verkocht om de schuldeisers van de bank te kunnen betalen. Na de oorlog is de collectie gerecupereerd en in beheer gekomen van de Nederlandse Staat, die deze overdroeg aan het Rijksmuseum.

Oppenheimer Meissen Bierpul

Onder de geveilde stukken Meissen die met steun van de Vereniging Rembrandt zijn teruggekocht, bevindt zich ook deze ruim 300 jaar oude, zwart geglazuurde bierpul met imitatie van Japans lakwerk.

Terug in het Rijksmuseum

Met het terugtrekken van de ruim 100 topstukken, afkomstig van het echtpaar Oppenheimer, dreigde de internationale betekenis van dit onderdeel van de Rijksmuseumcollectie verloren te gaan. Mede dankzij een zeer omvangrijke bijdrage van de Vereniging Rembrandt is het gelukt om op de veiling een zodanige selectie aan te kopen, dat een dramatisch verlies voor het museale kunstbezit in Nederland is voorkomen.

Met dank aan

Deze aankoop is tot stand gekomen met steun van de Vereniging Rembrandt, het Mondriaan Fonds, het Nationaal Aankoopfonds van het ministerie van OCW, de Vriendenloterij en een particuliere begunstiger via het Rijksmuseum Fonds.